Door Twan van der Meijs
16 maart 2022

In de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen sprak Twan van der Meijs met Mette Vreeken. Mette is een oud-werknemer bij WKPA en nu al ruim twee jaar in dienst bij de Vogelbescherming Nederland als adviseur public affairs. Ze zet zich in, ondersteund door de grote achterban van de Vogelbescherming, voor de belangen van vogels en hun leefgebied. Met het oog op de komende verkiezingen is het de hoogste tijd om erachter te komen wat de gemeentepolitiek betekent voor Mette’s werk.

De gemeenteraadsverkiezingen zijn een belangrijk moment voor de Vogelbescherming. Dit begint al ver voor de verkiezingen wanneer partijen hun programma opstellen. ‘Als partijen bepaalde dingen vastleggen in hun partijprogramma, is de kans dat deze plannen uiteindelijk landen in het coalitieakkoord ook groter’. Gemeenten gaan over onderwerpen als woningbouw, groenbeleid en klimaat, onderwerpen die belangrijk zijn voor de Vogelbescherming. ‘Maar we staren ons niet blind op de gemeenteraadsverkiezingen. In het coalitieakkoord worden de ambities natuurlijk vastgelegd, maar het beleid wordt vaak na de verkiezingen gemaakt, uitgevoerd of voortgezet. Dat is net zo belangrijk voor de beïnvloeding.’

‘Wij merken dat er best wat mensen enthousiast zijn om iets te doen, ze willen graag helpen’ zegt Mette als er naar hun achterban wordt gevraagd. Sinds afgelopen jaar probeert de Vogelbescherming de achterban dan ook meer te betrekken in het lobbyproces. Één van de doelen van de Vogelbescherming is bijvoorbeeld dat mensen zich uitspreken richting de politiek en het bedrijfsleven op hun verantwoordelijkheid voor vogels en natuur. De Vogelbescherming kent een grote achterban van zo’n 160.000 leden en een deel van hen wil zich ook graag (politiek) inzetten voor de vogels en de natuur. De achterban is heel divers en bestaat naast vogelliefhebbers ook uit mensen die meer willen doen en zich bijvoorbeeld zelf inzetten voor de bescherming van vogels. ‘Er zit veel potentie in onze achterban en wij proberen hen zo goed mogelijk te motiveren en ondersteunen’.

In aanloop van de verkiezingen zijn er bijvoorbeeld trainingssessies georganiseerd met de focus op beïnvloeding van de verkiezingsprogramma’s. In samenwerking met stichting LobbyLokaal hebben natuurliefhebbers de tools gekregen om invloed uit te oefenen op de lokale politiek. Naast de trainingen is er ook een speciale pagina op de website van Vogelbescherming ingericht waar alle informatie is te vinden voor de lokale burgerlobbyist. Hier kunnen mensen terecht voor tips voor het benaderen van raadsleden, of hoe je een stembusakkoord kunt opstellen.

Vorige maand heeft de Vogelbescherming in de gemeente Utrecht zelf zo’n stembusakkoord opgesteld. En met succes, want raadsleden en kandidaat-raadsleden van acht partijen hebben daar het zogenoemde Vogelhuisakkoord ondertekend. Dit deden ze tijdens een werkbezoek in de wijk Leidsche Rijn, in samenwerking met Natuurplatform Leidsche Rijn en Utrecht Natuurlijk. Verschillende bewoners en deskundigen fietsten met elkaar door de Leidsche Rijn en lieten politici zien waar al veel gebeurt voor vogels en groen in de wijk en waar verbetering mogelijk is.

Volgens Mette kan het organiseren van een werkbezoek erg nuttig zijn voor burgerlobbyisten. ‘Het is belangrijk dat raadsleden met eigen ogen zien waar de de problemen en oplossingen liggen. Een rapport spreekt minder tot de verbeelding dan een werkbezoek. Na de verkiezingen zijn er veel nieuwe raadsleden met portefeuilles waar ze nog weinig van af weten. Zo’n werkbezoek is een middel om hun input te geven voor de komende jaren’. Daarnaast zorgt het ondertekenen van een stembusakkoord er ook voor dat je na de verkiezingen iets hebt om naar terug te verwijzen. ‘Je kan naar een partij gaan en zeggen van hé, jullie hebben voor de verkiezingen dit ondertekend. Hoe staat het daarmee?’

Voor het overtuigen van de partijen is het volgens Mette belangrijk dat je vanuit een breed beeld redeneert. Beperk je argumenten niet alleen tot de de meerwaarde voor vogels en hun leefgebied maar kijk ook naar andere argumenten zoals de voordelen die het oplevert voor leefomgeving, gezondheid en klimaat. Zo werkt de Vogelbescherming zelf ook nauw samen met andere sectoren zoals de huizenbouwers. Door deze nauwe samenwerking zijn er bijvoorbeeld verschillende wijken in Breda natuurinclusief gebouwd. Goed voor vogels als de gierzwaluw en de huismus, maar ook belangrijk voor een fijne leefomgeving en de klimaatadaptatie.

Volgens Mette wordt er dan ook steeds meer aandacht besteed aan natuur en vogels in de lokale politiek, een goede ontwikkeling natuurlijk! Dit heeft onder andere te maken met de groeiende aandacht voor de klimaatcrisis. Daarnaast laat onderzoek zien dat mensen tijdens de coronacrisis groen in de omgeving belangrijker zijn gaan vinden. Dit biedt burgerlobbyisten de kans om met een brede insteek zo veel mogelijk mensen op de been te krijgen. Samen sta je eenmaal sterker dan alleen. Volgens Mette is het dan ook belangrijk dat de natuur altijd wordt meegewogen in beslissingen: ‘Neem natuur mee in alle opgaves, natuur kan vaak bijdragen aan de oplossing van veel uitdagingen waar we voor staan. Dan sla je bovendien twee vliegen in één klap’.

Maar hoe krijg je als burgerlobbyist voor elkaar dat natuur wordt meegenomen door de lokale politiek? Mette geeft daar tenslotte twee belangrijke tips voor. Ten eerste: Neem de politiek mee! Laat ze met eigen ogen zien wat er speelt in de gemeente en welke goede oplossingen jij hebt. Organiseer een werkbezoek en ga samen met verschillende bewoners, deskundigen en politici op pad. ‘Je kan iets lezen uit een rapport, maar door zo’n werkbezoek gaat het pas echt leven’. En de tweede tip is: Hou de politiek in de gaten! ‘Het lijkt soms wat saai en of er niets gebeurt, maar er gebeurt ontzettend veel en zij kunnen veel voor jou betekenen!’ Hou dus in de gaten wat er speelt, hou contact met politici en spreek is een keertje in.